|
||||||||
|
Jawel hoor: ook na vele grijsmakende jaren in dit vak, word je af en toe nog eens flink verrast door een plaat van iemand die je totaal niet kende, maar die je meteen weet te raken. Dat is, in een paar woorden, de omschrijving van wat me de voorbije weken overkwam met de debuutplaat van Rosa Spruit, een jonge vrouw uit het Nederlands-Kempense grensdorp Bergeyk. Nooit van de dame gehoord, maar van bij de eerste beluistering wel compleet overstag gegaan. Ik dacht niet dat het me nog zou overkomen, maar het is zover en dus moest ik bij mezelf op zoek naar argumenten voor die omslag. Nu, die zijn er in overvloed: Rosa Spruit heeft een bijzonder fraaie stem, waarmee ze desnoods een telefoonboek tot leven kan brengen. Op haar debuutplaat -de titel kon niet beter gekozen zijn- mengt ze de zelfgeschreven titelsong met een dozijn bewerkingen van songs van anderen. Die zijn niet zelden oorspronkelijk geschreven in één van de vele dialecten of streektalen, die onze Noorderburen kennen, maar Rosa heeft ze allemaal “vernederlandst”, al deed ze voor de Nederlandse tekst van Suzanne Vega’s “In Liverpool” een beroep op de tekst die onze Klaas Delrue er bij verzon en die hij bijna twintig jaar geleden met Yuevgeni op “Kannibaal” zette als “In deze Stad”. U merkt het al:”de stad” speelt een hoofdrol op dit debuut: Rosa groeide op het platteland op, maar, zoals dat hoort, begon “de stad” haar te lokken, en vandaag slijt ze een flink deel van haar dagen in Maastricht, wat toch eerder een stad dan een dorp te noemen is. Maar ik wijk af: jet jonge meisje Spruit, groeide op in wat je rustig een muzikaal nest kunt noemen. Papa Kees is al eeuwen dé promotor en boeker van zowat alles wat in Nederland iets met “muziek-met-wortels” te maken heeft en zijn kennissenkring is dan ook bijzonder nuttig gebleken voor het maken van deze plaat/ Zo zijn er covers/bewerkingen van bijvoorbeeld “Als je ooit” van Gerard van Maasakkers en J.W. Roy -de Brabantse “ge” werd vervangen door het Nederlandse “je”, maar het blijft een wondermooi lied, dat sindsdien elke setlist van Rosa siert en eigenlijk de directe aanleiding was voor het project dat tot deze plaat leidde. Van de alhier nauwelijks bekende Groninger Jan Henk de Groot is “Naar Stad”, waarin zowel de vader-dochter relatie als de stad-platteland trek centraal staan. Jeroen Kant kennen we dan weer een ietsje beter en zijn “Stront in mijn Kop” -over hoe mensen vanuit de stad op zoek gaan naar de natuur, maar die verfomfaaid weer achterlaten- zit Rosa als gegoten. “Girls from Texas” van Shane MacAnally & Jon Randall -daar komt de boekende papa weer- werd “Vrouwen uit Brabant”, een vertaling van de hand van Huursoldatenleider Björn van der Doelen en bij Daniël Lohues, één van onze absolute Nederlandse favorieten, werd “Als de Liefde maar blijf winnen” geleend. Dat nummer kennen we zelfs hier, vanwege de versie die Paul De Leeuw er van maakte en die was ooit de man die Willeke Alberti’s “Mijn Hoofd weer op je Schouders” nieuw leven in blies. Voor haar versie van “Er zijn geen Pleinen meer” liet Rosa zich adviseren door de geweldige Wouter Planteydt, die op het origineel van Jeroen van Merwijk speelde en deze plaat was voor mij nog eens een reden om het origineel boven te halen. Dat deed ik trouwens ook met “Wakker Worden” van Jovink en de Voederbietels, waar Rosa “Bij Allebei” haalde en het uit het Achterhoeks omzette naar haar Nederlands.Toen ze dan toch in de Achterhoek was, kon Rosa al snel de link leggen tussen Jovink en Bökkers, de coverband bij uitstek van all things Normaal. En wie was daar jarenlang de gitarist? Jawel: Eric Neimeyer, de man van wie Rosa “Duutse Grens” vernederlandst. Dat hoefde ze dan weer niet te doen met “Zaternacht”, dat de Eindhovense stadsdichter Iris Penning in volle coronatijd schreef. Dat was al meteen in het prachtigste Nederlands gedicht en het behoefde dus alleen Rosa’s stem om er een redelijk “voor eeuwige”-versie van te maken. Dat het allemaal klinkt zoals het klinkt, is in niet geringe mate het werk van producer Gabriël Peeters, ook al Huursoldaat maar vooral duizendpoot-met-gouden-oren, die deze plaat dat heerlijke totaalgeluid wist mee te geven, dat nodig is om de stem en de zang van Rosa volledig tot hun recht te laten komen. Kijk: ik had heel war lijnen nodig, maar eigenlijk had het veel korter gekund: “Tussen Stad en Platteland” is een bijzonder sterk debuut van een zangeres die er al helemaal staat en een liedjesschrijfster, die er zeker en vast zal komen. Veel Nederlandser zul je ze niet snel vinden. Veel beter ook niet Heerlijk debuut ! (Dani Heyvaert)
|